Waarom we nog onvoldoende uitwisselen over cultuursensitieve geestelijke gezondheidszorg
Mei 2024
Referent cultuursensitieve zorg, dat is de job van Kim Geerinckx. Trefpunt Odi sprak twee jaar geleden voor het eerst met Kim. Kim werkt voor Crosslink, een programma van PANGG 0-18, dat een samenwerkingsverband is rond geestelijke gezondheid van kinderen & jongeren in de provincie Antwerpen. Crosslink zorgt voor intersectorale uitwisseling en deskundigheidsbevordering over bepaalde thema’s en daar is cultuursensitieve zorg één van.
We gingen Kim opnieuw opzoeken en spraken over het belang van bewustzijn over cultuursensitieve zorg in de geestelijke gezondheidszorg. En over waarom het nodig is om uit te wisselen over cultuursensitieve casussen.
Referent cultuursensitieve zorg
Kim, jij bent een ‘referent cultuursensitieve zorg’ voor het netwerk PANGG 0-18. Kan je ons even meenemen in wat je juist doet?
“Wat ik in de eerste plaats doe, is kijken wat er speelt rond het thema cultuursensitieve geestelijke gezondheidszorg bij kinderen & jongeren. Wat hebben medewerkers en organisaties nodig om cultuursensitief te werken? Dan link ik initiatieven aan de vragen en de noden die er zijn of organiseer ik studiedagen en intervisies over dit thema. De rode draad in mijn werk is het bewustmaken van medewerkers van het belang van cultuursensitieve zorg.
Nieuw is dat ik ernaar streef om linken te leggen tussen cultuursensitief werken en de andere thema’s waar Crosslink rond werkt: complex trauma, het jonge kind, ontwikkelingsstoornissen, kinderen van ouders met een psychische en/of afhankelijkheidsproblematiek en justitiële jongeren. Op deze manier bereiken we veel meer mensen en dat helpt! We krijgen namelijk de feedback van deelnemers dat het waardevol is wanneer iemand de aandacht vestigt op cultuursensitieve aspecten."
"Als je cultuursensitief werken kan koppelen aan onderwerpen die misschien meer leven in teams, krijg je vanzelf belangstelling. Zo bieden we nu een intervisie aan over psychische kwetsbaarheden in een gezin: hierin willen we hulpverleners versterken in hun rol én komt ook cultuursensitief werken aan bod.”
Intervisiegroepen over ‘psychische kwetsbaarheden in een gezin’
“De doelgroep van de intervisies bestaat uit hulpverleners die rond mentaal welzijn werken met kinderen en jongeren. De bedoeling is om van én met elkaar te leren, ook doordat deze bijeenkomsten je de kans geven om vanuit andere perspectieven te kijken naar concrete casussen. Dit kan gaan over vragen als: Wat als mijn normen en waarden niet overeenstemmen met die van mijn cliënt? Wat doe ik als enkel de kinderen Nederlands spreken? Ik word constant geconfronteerd met no-shows. Hoe ga ik hiermee om? Hoe trek ik een gesprek open over mentale gezondheid?”
Webinar over het werken met tolken
“Hiernaast werk ik nog samen met de andere Vlaamse en Brusselse netwerken: Ligant, Wingg, Brustars en Radar. We zullen bijvoorbeeld dit najaar samen een webinar organiseren over het werken met tolken voor mobiele medewerkers.
Er is al een goed aanbod over hoe praktisch te werken met tolken voor eenvoudigere gesprekken, maar de gesprekken die onze mobiele begeleiders voeren gaan meestal over complexe zaken, gevoelens en/of het mentaal welzijn van mensen. Het bespreken van deze zaken in een taal die niet je moedertaal is, maakt het gesprek nog uitdagender."
"Sinds vorig jaar neem ik ook een consultfunctie op en kunnen medewerkers mij contacteren voor concrete cases waarin cultuursensitief werken een rol speelt.”
Bewustzijn creëren rond cultuursensitieve acties en houding
In ons vorig gesprek benoemde je als de grootste nood rond cultuursensitieve zorg: "de samenwerking en verbinding tussen de verschillende organisaties: informatie delen en kennis verbreden“. Kan je vandaag zeggen dat cultuursensitief werken voor de meeste medewerkers een evident thema is?
“Dit is zeer afhankelijk van team tot team, denk ik. Er zijn nog veel zorgprogramma’s die niet àlle kinderen en jongeren bereiken. Hoewel er regio's zijn, zoals de stad Antwerpen, waar dit beter lukt, blijft het over het algemeen een uitdaging. Een evolutie is wel dat de eerstelijnspsychologen veel meer in aanraking komen met een divers publiek. Dit is belangrijk, want hun opdracht is net om de laagdrempeligheid van het aanbod te versterken."
"Hulpverleners die in aanraking komen met culturen en religies waarmee ze minder vertrouwd zijn, geven wel aan hiermee rekening te houden. Al is het niet altijd evident om te benoemen wat ze precies doen. Soms gebeurt het cultuursensitief handelen niet bewust. Logisch ook, want het zit heel vaak veel meer in een open, nieuwsgierige houding dan in woorden. Dat is meteen ook een van de uitdagingen waar we voor staan: bewustzijn creëren rond cultuursensitieve acties en houding zodat het voor iedereen zichtbaarder wordt wat dit nu precies inhoudt. Op die manier creëren we bij onszelf en bij anderen meer alertheid voor dit thema en kunnen we het explicieter maken. Zo krijgen we meer zicht op wat er nog nodig is om hierin competenter te worden.”
Verankeren
“We merken wel dat er een groeiende openheid is bij medewerkers om met cultuursensitieve zorg aan de slag te gaan. Nu willen we dit thema explicieter maken in onze missie en visie en zo meer verankeren. Uiteindelijk is het onze bedoeling om hulp te kunnen bieden aan àlle jongeren en kinderen, maar zover zijn we nog niet. Ook in ons personeelsbestand willen we de diversiteit vergroten. Op dit moment zijn de teams nog erg wit en vrouwelijk.
Dus we zijn verschillende stappen aan het zetten. Tegelijk merk je dat het een langzaam proces is. Dit heeft met onze structuur te maken: we zijn een netwerkorganisatie en moeten voortdurend afstemmen met alle organisaties.”
Jullie moedigen de partnerorganisaties aan om onze reflectietool ‘Bouwen aan cultuursensitieve zorg’ als hulpmiddel te gebruiken bij het ontwikkelen van een cultuursensitief beleid. Wat zijn jullie ervaringen bij het gebruik van deze tool?
“We hebben deze tool gebruikt voor de uitwerking van onze beleidsdag. Het was interessant om de startvragen te introduceren en hier in groepjes over na te denken. Ik raad beleidsmensen altijd aan om deze tool te gebruiken om het gesprek over cultuursensitief werken op gang te brengen.”